Decibel worden gebruikt om het geluidsniveau weer te geven. De afkorting is dB. Een decibel is gelijk aan een tiende bel. De benaming is ter eer van Alexander Graham Bell gekozen. Hij was een van de uitvinders van de telefoon en de eerste die commerciële winst eruit wist te halen.
Decibel is geen eenheid maar geeft de verhouding tussen geluidsintensiteiten op een logarithmische schaal aan. Er is voor een logarithmische schaal gekozen omdat dit goed overeen komt met hoe de mens geluid ervaart. Geluid is niets anders dan een drukgolf die zich door materie voortplant en het trommelvlies in je oor laat trillen. Hoe hoger de druk, des te harder ervaart de mens het geluid. Een verhoging van de geluidsdruk met een factor 100 wordt als twee keer zo hard ervaren, een verhoging met 1000 als drie keer zo hard enzovoorts.
De formule voor het geluidsniveau in decibel is: 20 x log (P/P0) dB, waarbij P de geluidsdruk is van het te bepalen geluid, P0 de druk van de gehoordrempel en log het symbool voor de logarithme met basis 10.
De gevoeligheid voor geluid van het menselijke oor is afhankelijk van de frequentie of de toonhoogte van het geluid. Het meest gevoelig zijn onze oren in het frequentiegebied van 2000 tot 4000 hertz, dat zijn de frequenties die we voor praten gebruiken. Daarom bestaan er wegingen voor geluidsmetingen: dB(A), dB(B), dB(C) en dB(D). Bij deze wegingen of filters worden verschillende frequenties meer of minder meegenomen in de bepaling van het totale geluidsniveau. Vooral dB(A) wordt vaak gebruikt, omdat hier vooral met de frequenties rekening gehouden wordt, waar het menselijke oor het meest gevoelig voor is. Je ziet ook weleens dB(C) in geluidsbepalingen voor evenementen zoals bijvoorbeeld de kermis. Deze filter neemt bijna alle frequenties mee, die de mens kan horen.